Knip na tweede jaar hoger onderwijs moet studieduur verkorten

Door Ben Weyts op 19 december 2021, over deze onderwerpen: Hoger onderwijs

Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts voert een ‘knip’ in na het tweede jaar hoger onderwijs: studenten moeten aan het einde van dat tweede jaar geslaagd zijn voor alle vakken uit het eerste jaar. Ben Weyts grijpt hiermee kordater in dan het Vlaamse regeerakkoord, waar die knip nog voorzien was na het derde jaar hoger onderwijs.

Zo komt er een einde aan de situatie waarbij studenten vakken kunnen blijven meesleuren tot hun laatste jaar, waardoor ze vaak zelfs niet eens afstuderen. Studenten zullen bovendien vaker een volwaardig lessenpakket moeten opnemen. Zo krijgen studenten meer structuur. Maar er komt ook meer begeleiding.

1 op de 4 studenten zonder diploma

De hervorming is wellicht niet populair, maar ze is noodzakelijk.” Meer dan 1 op de 4 studenten verlaat ons hoger onderwijs zonder diploma. Dat is te veel. Ook het aantal bachelorstudenten dat binnen de vooropgestelde termijn van drie jaar een diploma haalt, ligt veel te laag. “Er gaan te veel studiejaren verloren. We betalen op dit moment een hoge prijs voor een systeem met te veel vrijblijvendheid”, zegt Weyts. “We moeten studenten meer structuur geven én meer begeleiding, zodat ze betere kansen hebben om te slagen.”

Meer begeleiding en structuur

Er komt ook meer begeleiding voor studenten. Wie slecht presteert op een starttoets - die studenten afleggen vlak voor het begin van het opleiding - krijgt een remediëringstraject. Zo kunnen studenten meteen beginnen bijspijkeren. Het recht op begeleiding wordt ook echt verankerd. Alle studenten krijgen recht op een gesprek met een studie- of trajectbegeleider en het recht op nieuw studieadvies als ze bij hun eerste examenreeks heel slecht zouden presteren. Zo wordt er ook werk gemaakt van veel snellere heroriëntering, bijvoorbeeld al na 1 semester.

Grenzen in belang van student

“De student is vandaag de grootste verliezer van een doorgeschoten flexibilisering”, zegt Weyts. “We grijpen daarom stevig in, nog steviger dan we al van plan waren. Studenten krijgen nog altijd meerdere kansen en ze zullen in de toekomst zelfs méér ondersteuning krijgen. Maar we gaan ook grenzen trekken, in het belang van de studenten.”

Er blijft wel een uitzondering bestaan voor onder meer werkstudenten, studenten met een functiebeperking en studenten met een topsportstatuut. Op die manier blijft de flexibiliteit dus wel bestaan voor de doelgroepen waarvoor het oorspronkelijk bedoeld was.

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is