© Getty Images
Er zijn in deze regeerperiode al duizenden extra plaatsen gecreëerd in het buitengewoon onderwijs: de capaciteit steeg op enkele jaren van ongeveer 47.000 naar meer dan 52.000. Behalve het aanbod stijgt echter ook de vraag en dus blijft Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts inzetten op extra plaatsen in het buitengewoon onderwijs. Zo kwam er onlangs extra geld voor nog eens 1.000 extra plaatsen. Weyts verhoogt het budget én verlaagt de drempel om een nieuwe school voor buitengewoon onderwijs op te richten.
13 gloednieuwe scholen
De Vlaamse Regering heeft nu op voordracht van Weyts groen licht gegeven voor de opstart van 13 gloednieuwe scholen buitengewoon onderwijs, die vanaf volgend schooljaar leerlingen mogen verwelkomen. De nieuwe scholen zijn verspreid over alle Vlaamse provincies en richten zich onder meer op leerlingen met een mentale beperking, leerlingen met een auditieve beperking en leerlingen met een autismespectrumstoornis. Zo komt er in Sint-Pieters-Leeuw naast de bestaande ziekenhuisschool op Campus Inkendaal een nieuwe secundaire school specifiek voor leerlingen met een lichamelijke beperking. Kinderen die de ziekenhuisschool kunnen verlaten, maar niet klaar zijn voor het gewone onderwijs, kunnen zo een plek op maat krijgen. In Aalst komt er dan weer een nieuwe basisschool voor leerlingen met emotionele en gedragsproblemen.
Extra aanbod bestaande scholen
Er komt ook extra aanbod in bestaande scholen. Concreet zijn er 12 bestaande scholen die vanaf september een extra doelgroep kunnen verwelkomen, boven op hun huidige aanbod. Zo kunnen er extra plaatsen komen voor onder meer leerlingen met een mentale beperking, leerlingen met een autismespectrumstoornis en leerlingen met een auditieve beperking. Samen goed voor al zeker 625 extra plaatsen op relatief korte termijn.
Alle zeilen bijzetten
“Deze Vlaamse Regering kiest voor het buitengewoon onderwijs en zet alle zeilen bij om extra plaatsen te creëren”, zegt Weyts. “We mobiliseren zoveel mogelijk middelen én mensen om de meest kwetsbare leerlingen een goede plaats te geven.”
