“Met het Leersteundecreet proberen we een realistischer model tot stand te brengen waarbij we investeren in de ondersteuning, opvang en integratie van kinderen met een beperking in dat gewoon onderwijs. We hebben ondertussen bijna 3.700 ondersteuners die deze kinderen begeleiden. Daarnaast investeren we ook extra in het Buitengewoon Onderwijs”, zegt Ben Weyts. “We hebben de voorbije drie jaar 5000 extra plaatsen gecreëerd en er komen er nog bij.”
Grote principes toetsen aan realiteit
“Of een kind met beperkingen les kan volgen in een gewone school of niet, daar oordeelt de klassenraad over. Ik vertrouw erop dat die een weloverwogen oordeel velt en niet over één nacht ijs gaat bij de beslissing om een kind door te verwijzen. Directies en scholen worden in de reportage een beetje afgeschilderd als de boeman, die absoluut niet willen dat kinderen geïntegreerd worden. In tegendeel, in de realiteit probeert men echt om kinderen te integreren in het gewoon onderwijs. Maar soms moet je vaststellen dat voor sommige kinderen het Buitengewoon Onderwijs de beste oplossing is. Al die grote verwachtingen en principes moet je ook kunnen toetsen aan de realiteit.”
Schotten wegwerken
“We blijven werken om de schotten tussen beide systemen weg te werken. Voorlopig is het nog te veel ééndimensionaal, maar het moet mogelijk zijn voor kinderen om in beide richtingen te wisselen tussen het gewone en het buitengewone onderwijs”, aldus de minister.