Viceminister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister van Begroting en Financiën, Vlaamse Rand, Onroerend Erfgoed en Dierenwelzijn
Kruimelpad
Beperkte opkomst in Vlaamse scholen
In het basisonderwijs is vandaag ongeveer 10% van de leerlingen aanwezig, in het secundair onderwijs is dat minder dan 5%. Dat blijkt uit steekproeven door de onderwijsadministratie en wordt bevestigd door rapporteringen vanuit de onderwijskoepels. De leerkrachten zijn wel in groten getale aanwezig. “Ik wil alle leerkrachten bedanken voor de grote verantwoordelijkheidszin die ze vandaag demonstreren”, zegt Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts.
“De eerste dag is geen goede graadmeter voor de volgende 3 weken”, waarschuwt Weyts. “Ongetwijfeld hebben veel mensen vandaag een speciale inspanning gedaan om zelf voor opvang te zorgen. Het is moeilijk om vandaag al in te schatten hoe de situatie zal evolueren. Het is nog te vroeg om conclusies te trekken, laat staan om scholen te gaan sluiten”.
De Vlaamse scholen en leerkrachten geven vandaag blijk van groot engagement en verantwoordelijkheidszin. “Ik wil de directeurs en leerkrachten uitdrukkelijk bedanken voor alles wat zij doen in deze moeilijke tijden”, zegt Weyts. “Zij plooien zich dubbel om toch maar opvang te voorzien voor iedereen die anders geen geschikt alternatief heeft. Deze eerste dagen zijn nodig om praktische afspraken te maken en om eventueel een beurtrol af te spreken. De scholen zelf zullen die praktische werkafspraken maken”.
Weyts zat deze voormiddag samen met de onderwijskoepels. “We stellen vast dat heel veel scholen creatief aan de slag gaan om zoveel mogelijk leeractiviteiten aan te bieden. We willen het aanbod stroomlijnen. We gaan initiatieven op elkaar afstemmen en ook samenwerken met de openbare omroep”.
De Vlaamse scholen organiseren opvang voor alle gezonde leerlingen die anders geen geschikte opvang hebben. Die beslissing is genomen met in het achterhoofd onder meer de kinderen van ouders die werken in de zorg, maar er is – anders dan in Nederland – geen lijst opgesteld met zogenaamd ‘vitale beroepen’. “De lijst in Nederland is heel ruim opgesteld, maar sluit toch nog altijd kinderen uit”, zegt Weyts. “Dat willen we in Vlaanderen niet. Het onderscheid wekt de indruk dat er enkele essentiële jobs zijn, en voor de rest bullshitjobs. Het zaait tweedracht, net nu we solidariteit nodig hebben. We gaan niet zeggen dat het kind van de dokter welkom is, maar dat de alleenstaande poetsvrouw of postbode zelf maar een oplossing moet zoeken voor de eigen kinderen”.