Viceminister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister van Begroting en Financiën, Vlaamse Rand, Onroerend Erfgoed en Dierenwelzijn
Kruimelpad
95 miljoen euro extra voor onderwijs
De Vlaamse Regering heeft bij de begrotingsaanpassing nog eens 95 miljoen euro extra bestemd voor onderwijs. In combinatie met de 362 miljoen euro extra middelen die erbij gekomen waren bij de aanvankelijke begrotingsopmaak, ligt het onderwijsbudget nu al 457 miljoen euro hoger dan bij de start van de regeerperiode (+3,8%). De besparing die Weyts opgelegd kreeg van 20 miljoen euro in het secundair onderwijs is gereduceerd naar een half miljoen euro.
Terwijl er hard gewerkt wordt aan de aanpak van de coronacrisis moet ook het reguliere beleid verder gevoerd worden. Zo werd er onder andere een begrotingsaanpassing goedgekeurd, waarbij Vlaams minister van Onderwijs opnieuw extra middelen verkregen heeft voor leerkrachten, leerlingen en scholen. Bij de begrotingsopmaak was er al 362 miljoen extra gevonden voor onderwijs en bij deze begrotingsaanpassing komt er nog eens 95 miljoen euro boven: samen al 457 miljoen euro meer dan bij de start van de regeerperiode (+3,8%).
Het extra geld gaat naar het verhogen van de onderwijskwaliteit, het motiveren van leerkrachten, goede leerlingenbegeleiding, nieuwe schoolinfrastructuur en het hoger onderwijs. Zo is er een extra impuls van 7,7 miljoen euro voor leerlingondersteuners in het basisonderwijs, die leerkrachten zodanig moeten ontlasten dat zij zich nog beter kunnen toeleggen op hun kerntaak: lesgeven. Er gaat 10 miljoen euro extra naar de ondersteuningsnetwerken, om tegemoet te komen aan de gestegen vraag van kinderen met bijzondere noden. Nog eens 17 miljoen euro extra gaat naar scholenbouw. Er wordt 1,3 miljoen euro uitgetrokken om zij-instromers uit de private sector die knelpuntvakken kunnen invullen te verleiden om de overstap te maken naar het onderwijs: zij zullen nu tot 8 jaar anciënniteit kunnen meenemen als ze voor een klas gaan staan. De begrotingsaanpassing omvat ook extra middelen voor gevalideerde netoverschrijdende proeven, de inspectie, de hogeschoolopleidingen, de onderwijsinternaten, de ontwikkeling van specifiek materiaal voor hoogbegaafden en de eerste middelen voor de ontwikkeling van de taalscreening bij kleuters.
Hier en daar zijn er wel degelijk maatregelen doorgevoerd. Dit is bijvoorbeeld het geval in het volwassenenonderwijs, waarbij de voorziene groei van het budget nu wordt afgeremd: er komt dus iets minder meer. Ook de stopzetting van de omzetting van de niet-ingevulde vervangingen kan als maatregel vernoemd worden. Gezien de omstandigheden en op uitdrukkelijke vraag van de sociale partners gaat die maatregel wel pas in op 1 juli 2020.
“Het budget voor onderwijs wordt gevoelig opgetrokken en als we dan toch maatregelen nemen, dan minimaliseren we de impact en maken we goede afspraken met de sociale partners”, zegt Weyts. “Er is vooraf veel onrust gezaaid over deze budgettaire oefening, maar je kan moeilijk heel ontevreden zijn met dit resultaat”.