Zij-instromers zijn mensen die eerst werkervaring hebben opgedaan buiten het onderwijs en pas op (iets) latere leeftijd kiezen voor de klas. Ze brengen waardevolle ervaring mee uit hun eerdere carrière en verkleinen het lerarentekort.
Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts zet al jaren in op het aantrekken van meer zij-instromers, onder meer door een betere anciënniteitsregeling. Zo kunnen de meeste zij-instromers nu 10 jaar anciënniteit meenemen. Ze krijgen ook tot 3 uur per week vrijstelling met behoud van loon om hun lerarenopleiding te volgen – de zogenaamde ‘Lerarenbonus’. Er werd ook geïnvesteerd in aanvangsbegeleiding. Al deze maatregelen bleven niet zonder gevolg: in het schooljaar 2021-2022 werd er een recordaantal van 4.398 zij-instromers geteld.
Vooral secundair onderwijs
Vorig schooljaar (2022-2023) steeg het aantal zij-instromers verder naar 4.697: nog eens een kleine 10 procent méér dan in het voorgaande schooljaar en dus een nieuw record. Ongeveer drieduizend zij-instromers kozen voor het secundair onderwijs, waar de noden het grootst zijn. Iets meer dan duizend zij-instromers kozen voor het basisonderwijs.
Gastleerkrachten
Weyts wil de overstap naar het onderwijs nog makkelijker maken voor zij-instromers. Vanaf dit schooljaar kunnen mensen bijvoorbeeld ook veel makkelijker als gastleerkracht proeven van de job. Een bankbediende kan economie komen geven, een vertaler-tolk kan lessen Frans overnemen en een pianist kan instaan voor muzieklessen. Zo kunnen vacatures die betrekking hebben op slechts een beperkt aantal uren ingevuld worden, maar mogelijk zijn er ook gastleerkrachten die de smaak te pakken krijgen en nadien volledig voor het onderwijs willen kiezen.
Tastbaar en impactvol
“Je kan op elk moment in je leven de overstap maken naar het onderwijs. Veel mensen willen na hun eerste carrière bijvoorbeeld graag iets dat nog meer tastbaar en impactvol is. Dan is leerkracht een fantastische optie: er is geen enkel ander beroep dat zo’n grote impact heeft op het leven en de toekomst van kinderen en jongeren. Daarnaast worden er steeds meer maatregelen genomen om de job moderner en aantrekkelijker te maken”, aldus Weyts.