Moeilijkere proef
Wie zijn rijbewijs wil halen, moet eerst een theoretische proef afleggen alvorens aan de praktisch opleiding te mogen beginnen. Vandaag blijkt die theoretische proef moeilijker dan vier jaar geleden. Een bewuste keuze, zegt Lorin Parys. “Minister Weyts wil aspirant-chauffeurs beter voorbereiden om de risico’s van het verkeer beter te kunnen laten inschatten. Zo mag een leerling maar één zware fout maken op zijn theoretische proef. Ook snelheidsovertredingen maken een zware fout uit.”
Aanpak fraude
Daarnaast heeft volgens Vlaams volksvertegenwoordiger Parys ook de aanpak van fraude een mogelijk effect op de lagere slaagcijfers. “De minister liet een aantal organisaties opsporen die ervoor zorgden dat kandidaat-chauffeurs slaagden voor het theoretische rijexamen zonder de leerstof echt onder de knie te hebben. Dat zorgt uiteraard voor levensgevaarlijke situaties. Daarom is het aantal mogelijke vragen verhoogd, worden ze steeds anders gesteld en constant afgewisseld”, zegt Lorin Parys.
Hervormd praktijkexamen
Tot slot is ook het praktijkexamen hervormd. De aspirant-chauffeur moet extra manoeuvres uitvoeren op een gesloten terrein. “Vroeger gebeurde dat op de openbare weg, maar waren de proeven een stuk eenvoudiger. Dat is nu anders, maar de effecten zijn voorlopig minder zichtbaar: in 2015 was de slaagkans 52 procent, in 2018 is dat ongeveer 50 procent. Veel verschil is dus niet merkbaar.” Bij het praktijkexamen zijn de slaagpercentages ook afhankelijk van de examenlocatie. Zo is de slaagkans met 60 procent het hoogst in Asse en het laagst in Alken en Bree, waar ze gemiddeld 46 procent is.