Het kleuteronderwijs van vandaag is niet meer hetzelfde als enkele jaren of decennia geleden. Zo zijn kleuters vaker aanwezig, hebben ze meer verschillende achtergronden en meer verschillende zorgnoden. Het is bijvoorbeeld niet meer vanzelfsprekend dat alle kindjes al zindelijk zijn of Nederlands spreken als ze aan de kleuterklas beginnen.
550 extra voltijdse krachten voor kinderverzorging in elke kleuterschool
Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts trekt nu nog eens extra middelen uit voor bijkomende kinderverzorgers in het kleuteronderwijs. Op kruissnelheid gaat het om 23 miljoen euro extra per jaar: bijna een verdubbeling van het huidige budget voor kinderverzorging in het kleuteronderwijs.
Concreet komen er structureel 550 voltijdse krachten bij. Tot nu toe kregen kleinere kleuterschooltjes (met minder dan 35 kindjes in totaal) geen extra middelen voor een kinderverzorg(st)er. Maar daar komt nu verandering in: voortaan krijgt élke kleuterschool een minimumaantal uren.
Kleuteronderwijzers houden meer tijd over voor hun kerntaken
Kinderverzorgers kunnen zorgtaken overnemen van de kleuteronderwijzers, zodat zij meer tijd vrijhouden voor hun kerntaken. Het betekent in de praktijk bijvoorbeeld dat de kinderverzorgster het toiletbezoek mee kan begeleiden en de kleuters helpt met handen wassen en netjes eten, zodat de kleuteronderwijzer meer tijd overhoudt voor spelend leren met de kleuters en bijvoorbeeld voor te lezen.
Warm leerbad voor alle kinderen
“Er gaat in deze regeerperiode stap voor stap fors meer geld naar het kleuteronderwijs en dat is een bewuste keuze”, zegt minister Weyts. “Kleuteronderwijs is al echt onderwijs, waar jonge kinderen heel veel opsteken, bijvoorbeeld op het gebied van Nederlands. Maar de kleuterklas kan alleen een warm leerbad zijn voor alle kinderen als de kleuteronderwijzer wat meer hulp krijgt.”
