Kordaat ingrijpen
Vlaams Dierenminister Weyts moest de voorbije jaren verschillende keren kordaat ingrijpen toen wantoestanden aan het licht kwamen in Vlaamse slachthuizen. De slachthuizen van Tielt en Izegem werden bijvoorbeeld een tijdlang gesloten en mochten enkel opnieuw open onder strenge voorwaarden. Weyts stippelde een aanpak uit om het dierenwelzijn in de slachthuizen stap voor stap te versterken. Zo werd er al werk gemaakt van een externe doorlichting van slachthuizen, meer cameratoezicht, meer opleidingen voor slachters en een versterkte positie van de zogenaamde ‘animal welfare officer’ binnen elk bedrijf.
Dierenwelzijn bijzaak
Maar er knelde nog een schoentje bij de controles op de slachtvloer. Tot nu toe gebeuren die door dierenartsen die werken in opdracht het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) en die dan ook focussen op de voedselveiligheid van het vlees. Ondanks een protocol tussen de Vlaamse Overheid en het FAVV blijft dierenwelzijn voor deze dierenartsen eerder een bijzaak die bovenop hun opdracht rond voedselveiligheid komt.
Mobiele brigades
Ben Weyts investeert nu drie miljoen euro per jaar in een nieuw team van controleurs die in de 70 Vlaamse slachthuizen inspecties zullen uitvoeren toegespitst op dierenwelzijn. Met die middelen kunnen 25 voltijdse equivalenten het jaar rond aan de slag. Weyts gaat praktijkdierenartsen rekruteren die slachthuizen gaan controleren in opdracht van Vlaanderen. De dierenartsen worden niet vast verbonden aan een bepaald slachthuis, maar kunnen als mobiele brigades overal langsgaan. Ze kunnen ook verrassingsinspecties uitvoeren en indien nodig ook ’s nachts ingezet worden.
Vlaanderen neemt het voortouw
De aanwervingsprocedures voor de nieuwe Vlaamse controleurs worden opgestart in de zomer om ten laatste begin 2020 te kunnen starten. “Vlaanderen neemt opnieuw het voortouw voor meer Dierenwelzijn. Geen enkel controlesysteem zal ooit 100 procent waterdicht zijn, maar ik maak me sterk dat we de meest sluitende controle in Europa oprichten”, besluit Ben Weyts.