In 2014 heeft de vorige federale regering particulieren verplicht om katten te registreren. Alleen zorgde ze niet voor een centrale databank, zodat die registratie in de praktijk dode letter bleef. Minister Weyts zorgt nu ervoor dat het Vlaams, het Waals en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest samen zo’n centrale databank oprichten. Vandaag wordt 4,5 procent van de katten die terechtkomen in asielen weer thuisgebracht. Bij de honden, die al sinds 1998 geregistreerd worden in een centrale databank, lukt het in 85 procent van de gevallen om huisdier en baasje terug te herenigen. “We geven katten een betere bescherming en baasjes meer gemoedsrust”, vat Weyts samen.

Beter zicht op dierenhandel

De centrale databank is ook een krachtig wapen in de strijd tegen malafide dierenhandel. De hondenhandel is bijvoorbeeld beter controleerbaar dankzij de databank voor honden. Omdat nu ook katten centraal geïdentificeerd en geregistreerd zullen worden, krijgt de Vlaamse overheid een nog beter zicht op de dierenhandel. “De meerderheid van de handelaars is te goeder trouw, maar de kleine groep cowboys moet eruit”, aldus Weyts.

De databank maakt ook controle mogelijk op de verplichte sterilisatie van katten. Zo zullen er op termijn minder katten gedumpt worden en komt het zwerfkattenprobleem onder controle.

Onderwerpen